Intracommunautaire ABC-leveringen

Werk je voor klanten die goederen leveren binnen de EU via een tussenpartij? Dan zijn dat intracommunautaire ABC-leveringen. Deze bijzondere vorm van handel komt vaak voor en moet correct worden verwerkt in de ICP-aangifte.

Op deze pagina lees je wat een ABC-levering inhoudt, welke rol iedere partij speelt in de keten en wanneer je de vereenvoudigde regeling mag toepassen. We sluiten af met een praktisch overzicht van hoe je ABC-leveringen eenvoudig verwerkt in de ICP-aangifte met de software van Fiscaal‑online.nl.

 

 

Wat is een intracommunautaire ABC-levering?

Een intracommunautaire ABC-levering is een levering van goederen tussen 3 ondernemers in 3 verschillende EU-landen. Volgens de Belastingdienst geldt dit als een ketentransactie, waarbij de goederen slechts 1 keer fysiek worden vervoerd, van partij A (de eerste leverancier) via partij B (de tussenhandelaar) naar partij C (de eindafnemer).

Het verschil met een gewone levering zit in de schakels: Bij een standaard levering zijn er 2 partijen betrokken, terwijl een ABC-levering altijd 3 partijen omvat. Voorwaarde is dat elke partij ondernemer is en over een geldig btw-nummer beschikt in zijn eigen land. Een voorbeeld:

• Partij A in Nederland verkoopt goederen aan partij B in België.
• Partij B verkoopt diezelfde goederen direct door aan partij C in Duitsland.
• De goederen gaan rechtstreeks van Nederland naar Duitsland, zonder tussenstop in België.

Zo ontstaat een keten van leveringen, maar de goederen worden slechts 1 keer vervoerd. Daarom is de verwerking in de btw- en ICP-aangifte iets ingewikkelder, tenzij je gebruikmaakt van de vereenvoudigde regeling. Hier gaan we later in dit artikel dieper op in.

 

Wat is de rol van alle ondernemers in de keten (A, B en C)?

In een ABC-levering hebben de 3 betrokken partijen elk een rol:

De goederen worden rechtstreeks van A naar C vervoerd. Partij B is juridisch betrokken bij de levering, maar ontvangt de goederen dus niet zelf. Toch heeft deze partij wel fiscale verplichtingen, bijvoorbeeld op het gebied van btw-aangifte of vermelding in de ICP-aangifte.

Een praktijkvoorbeeld:

• Een Nederlandse groothandel (A) verkoopt goederen aan een distributeur uit België (B).
• De distributeur uit België verkoopt diezelfde goederen direct door aan een klant in Italië (C).
• De goederen worden direct van Nederland naar Italië verzonden.

Hoewel partij B geen fysieke overdracht van de goederen verzorgt, moet deze wel voldoen aan de administratieve verplichtingen die bij een ABC-levering horen. Welke dat zijn, hangt af van de verdere voorwaarden en de vraag of een vereenvoudigde ABC-levering van toepassing is.

 

Voorwaarden voor toepassing

Een levering is een intracommunautaire ABC-levering wanneer aan een aantal voorwaarden is voldaan. Deze voorwaarden zijn opgesteld volgens de Belastingdienst en de Europese btw-regels.

De belangrijkste voorwaarden op een rij:

Let op: Als niet aan deze voorwaarden wordt voldaan, is er géén sprake van een ABC-levering. Dan is het zaak om per schakel de btw-verplichtingen apart te bekijken. Daardoor kan het zijn dat partij B zich in een ander EU-land moet registreren voor de btw.

 

Vereenvoudigde ABC-levering

Om het verwerken van ABC-leveringen administratief eenvoudiger te maken, bestaat er een vereenvoudigde regeling voor intracommunautaire ABC-leveringen. Deze regeling zorgt ervoor dat de tussenhandelaar (partij B) zich niet hoeft te registreren voor de btw in het land waar de goederen naartoe gaan.

Hoe werkt dat precies?

Als aan de voorwaarden is voldaan, hoeft partij B geen btw te berekenen in het land van aankomst (bijvoorbeeld Italië). In plaats daarvan wordt de levering als intracommunautaire levering opgegeven in de ICP-aangifte. Dit scheelt niet alleen tijd, maar voorkomt ook de noodzaak voor bijkomende btw-registraties in het buitenland.